Zorgvuldigheidsplicht: uitstel tot 2026 en focus op risicosectoren

28.08.2025

De vele schakels onderweg naar de ketenaansprakelijkheid

Belgische opdrachtgevers doen vaak beroep op buitenlandse onderaannemers uit andere EER-lidstaten of Zwitserland. Omdat hun werknemers vrijgesteld zijn van de verplichting tot een arbeidskaart of verblijfsvergunning, wordt al snel aangenomen dat de tewerkstelling legaal verloopt.

Toch is extra waakzaamheid geboden wanneer deze onderaannemers op hun beurt beroep doen op werknemers van buiten de EU – de zogenaamde derdelanders. Voor deze groep gelden immers strengere regels inzake verblijfsrecht en arbeidsvergunningen.

Ook al ligt de eerste verantwoordelijkheid bij de buitenlandse onderaannemer, toch kan ook de Belgische opdrachtgever aansprakelijk worden gesteld als blijkt dat er illegale tewerkstelling gebeurt in de keten. In sommige gevallen zijn daar zelfs strafrechtelijke gevolgen aan verbonden.

De aanspanning van de keten in strijd tegen illegale buitenlandse werknemers

Tot vandaag lag de nadruk vooral op schriftelijke verklaringen: een aannemer kon zijn aansprakelijkheid in principe vermijden als hij van zijn rechtstreekse onderaannemer een verklaring ontving dat er geen illegaal verblijvende derdelanders tewerkgesteld worden, mits er geen bewijzen voorhanden waren dat de aannemer op de hoogte was van het feit dat zijn rechtstreekse onderaannemer een of meer illegaal verblijvende onderdanen van derde landen tewerkstelt.

In de praktijk bleek dit echter een papieren oplossing, die zorgde voor een uitholling van de regeling. Daarom werd in het Vlaamse decreet van 27 oktober 2023 een nieuwe zorgvuldigheidsplicht ingevoerd. (Intermediaire) aannemers moeten voortaan effectief documenten opvragen bij hun onderaannemers, zoals identiteits- en verblijfspapieren van buitenlandse werknemers of zelfstandigen.

In onze vorige nieuwsbrief vond u al een overzicht van deze verplichtingen. Een eenvoudige clausule in de overeenkomst waarin de onderaannemer verklaart geen illegaal verblijvende derdelanders tewerk te stellen, zou niet meer voldoende blijken om zich te bevrijden van de aansprakelijkheid.

Om de informatiegaring te vergemakkelijken, zou men in de loop van 2024 een applicatie uitwerken. Die zou operationeel zijn tegen 1 januari 2025, samen met de inwerkingtreding van de nieuwe regels. Die planning bleek echter te optimistisch. Diverse praktische uitdagingen zorgden ervoor dat de regels rond de zorgvuldigheidsplicht werden uitgesteld tot 1 januari 2026. Praktisch zou het bovendien onmogelijk zijn om een dergelijke applicatie aan te bieden, zodat ondernemingen in de praktijk nog altijd documenten zullen moeten opvragen bij hun onderaannemer.

Er wordt daarentegen wel voorzien in een meldloket waar ondernemingen op eenvoudige wijze aan de Vlaamse sociale inspectie kunnen melden dat de gevraagde gegevens bij de rechtstreekse (onder)aannemer ontbreken.

Versoepeling: enkel hoog-risicosectoren

Op vraag van Minister Zuhal Demir, werd advies ingewonnen bij de Adviescommissie Economische Migratie omtrent het toepassingsgebied van het nieuwe decreet. Op basis van dit advies werd enerzijds een versoepeling en anderzijds een verstrenging doorgevoerd in de nieuwe regelgeving.

Oorspronkelijk zouden de regels voor alle sectoren gelden, maar dat zou een te zware rem zetten op het vrij verkeer van diensten. Op aanwijzen van de Adviescommissie koos de decreetgever daarom voor een gefaseerde aanpak. Eerst komen de hoogrisicosectoren in beeld: bouw, schoonmaak, vleessector en koeriersdiensten.

Na tussentijdse evaluaties zal het toepassingsgebied uitgebreid worden naar andere risico-gevoelige sectoren, in zo verre dit nodig blijkt.

Voor de bouw en de schoonmaaksector zijn de grensbedragen die ook worden gehanteerd voor de Aangifte van werken van toepassing. De zorgvuldigheidsplicht is bijgevolg niet van toepassing indien: (i) de werken minder dan 30.000 euro (zonder btw) bedragen en worden uitgevoerd door een aannemer zonder onderaannemer, of (ii) de werken minder dan 5.000 euro (zonder btw) bedragen en er slechts 1 onderaannemer is.

We volgen de verdere ontwikkelingen inzake de risicosectoren voor u uiteraard op de voet op.

Maar ook een verstrenging…

De verstrengde aansprakelijkheid bij tewerkstelling van derdelanders richtte zich initieel enkel tot de relatie aannemer en rechtstreekse onderaannemer. Het toepassingsgebied wordt nu echter uitgebreid tot de relatie tussen de professionele opdrachtgever en rechtstreekse aannemer.

Natuurlijke personen die werken laten uitvoeren voor strikt privédoeleinden vallen hier niet onder.

over

Inwerkingtreding en voorbereiding

De nieuwe regels treden uiterlijk op 1 januari 2026 in werking, met een voorziene gedoogperiode van zes maanden waarin nog geen sancties worden opgelegd. Het voorontwerp van Besluit wordt nu evenwel nog voorgelegd voor advies aan de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) en daarna aan de Raad van State.

Het is sterk aangewezen om het opvragen van documenten reeds structureel op te nemen in uw dagelijkse werking als bouwbedrijf, en om uw complianceprocessen hierop af te stemmen. Voor al uw vragen kan u zich richten tot onze specialisten.

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.